donderdag 3 januari 2019

Impact van een documentaire over fashion designer Alexander McQueen


Angelsaksisch versus (zuid) Europees



Gefascineerd onderging ik de film over het leven van de Britse modeontwerper Alexander McQueen.
Ongelooflijk dicht op zijn huid gevolgd, konden we hem, zijn moeder, broer en zuster, vrienden en collega’s over een serie van jaren volgen. Erg knap. Erg confronterend ook. Ik zag een man met grote kwaliteiten, met een enorme drive en een haarscherp oog voor de tijd.

Dat laatste boeide mij het meest. Zijn vakmanschap was er onmiskenbaar. Hij wist hoe je een pak in elkaar moest zetten, hoe een rok optimaal valt, hoe een stof moet voelen voor het juiste gebruik.
Maar zijn gevoel voor de tijd, zijn gevoel voor effect, voor show, voor drama, maakten van hem een buitencategorie.


Givenchy
Mijn ogen gingen verder open toen hij benoemd werd tot hoofddesigner bij het Franse couturemerk Givenchy. Met zijn team ontwerpers trok hij naar Parijs en nam bezit van de traditionele ontwerpstudio van het topmerk. Een groepje ‘English scum’ losgelaten in de klassieke werkomgeving midden in Parijs, tussen de Franse vakidioten die alles weten van hoe kleding gemaakt moet worden, hoe naden gerijgt en gestikt, hoe kleuren combineren, hoe verhoudingen van belang zijn. Beschaamd stelden de schuchtere Fransen vast dat ze het niet meer snapten. Ze voelden met grote aarzeling dat ze zich moesten openstellen voor ‘de nieuwe tijd’.

McQueen werd met vallen en opstaan de grote held, zowel in de UK als uiteindelijk in Frankrijk en wereldwijd. Hij bouwde shows met fantastische effecten, dramatische thema’s, ontroerende elementen. 
Allemaal gericht op de zoektocht bij pers en publiek naar sensatie, glamour en extravagantie en oja, ook nog mode.
Gelukkig was hij er niet onder. Hij pleegde zelfmoord op de avond voordat zijn moeder, waarmee hij een innige band had, zou worden begraven. ‘So much for success!’ zou ik bijna zeggen.

London jaren '80
Voor mij ging de boodschap veel dieper.
Ineens zag ik voor mij hoe de wereld de laatste decennia verdeeld is tussen zij die 'het' snappen, en zij die het niet kunnen begrijpen omdat ze anders in elkaar zitten. Zij die van kwantiteit en massa-effect en veel geld-verdienen houden en zij die vooral gericht zijn op kwaliteit en intrinsieke beleving.
Ik herinner me nog dat ik in de jaren ’80 vaak naar London ging om modeleveranciers te bezoeken. Van te voren reserveerden we alvast, heel decadent, onze restaurants, want behoorlijk eten kon je er nauwelijks. Hotels waren veelal lelijk en duur. Met de taxi vanuit Heathrow kwam je door de troosteloze wijken richting de binnenstad. Bij het uitgaan in de stad liepen bij 0 graden de jonge vrouwen met blote armen in hun polyester jurken. De bedrijven waarmee ik zaken deed  hadden allemaal dezelfde mix: goed gevoel voor commercie, goedkoop en onbetrouwbaar.

Inmiddels zijn bijna alle succesvolle brands afkomstig uit de VS of het VK. In London kan je overal fantastisch eten bij internationale restaurantketens die vaak hun oorsprong in de VK hebben. De marketing is perfect, de mondiale burger komt hier helemaal aan zijn trekken.
Ik realiseerde mij bij het kijken naar die film: Frankrijk en ItaliĆ« hebben het helemaal uit hun handen laten glippen, niet in staat of bereid zich aan te passen aan de Angelsaksische marketingtijden waarin we leven, gericht op de ‘wereldburger’, een universele ‘latte’-drinkende, Iphone verslaafde, afgezakte-broeken dragende, tinder swipende, #metoo, Jamie Oliver eetgast. Aangespoord door universele marketingverzinsels als Black Friday, SinglesDay, Halloween.

machogedrag primitief
De Zuid-Europese mode, het eten, de films, de muziek, ze doen er niet meer toe. Maar vooral de kwaliteit van producten, ‘workmanship’, sferen en smaken, beleving, ze doen er niet meer toe. Zuid-Europees machogedrag en familiegevoel is primitief.
Jamie Oliver stelde het jaren geleden vast bij zijn bezoek aan SiciliĆ«. De kinderen daar in de basisschool wisten precies wat wortels waren en hoe een knoflook er uit zag. Ze proefden het verschil tussen verschillende sausen en pasta’s. In de keuken van de school stonden toegewijde vrouwen echt smakelijke en vooral gezonde lunchgerechten te bereiden voor de kinderen. Jamie’s experiment voor beter eten in scholen in Engeland werd gestaakt. Ouders brachten tijdens de lunches stiekem hun kinderen zakken chips en de leerlingen hadden geen idee dat de melk uit een koe kwam.

We hebben het flink uit onze handen laten glippen, onze Europese kwaliteitsmaatschappij ook daar waar het ons democratisch bestuursmodel ‘het Rijnlandse Model’ betreft. Allemaal ingeleverd voor een goedkoop ultiem marktgericht neo-liberaal shake-out model ala Ryanair. Hervormen, saneren, bedrijfsmatige aanpak van overheidstaken.

We genieten van de lage prijs, maar de prijs die we ervoor betalen………….

EN we worden er bijna net zo ongelukkig van als Alexander McQueen, als we niet uitkijken.